Kinderboekenweek in Veenendaal

Sprookjesjuf ging net als vorig jaar naar Veenendaal voor de kinderboekenweek, die daar georganiseerd wordt door de Cultuurkoepel. Vorig jaar mocht ik er verhalen komen vertellen. Dit jaar werd ik gevraagd om mijn schmink kunsten te komen vertonen. Ik dacht dat het daarbij zou blijven. Maar ineens was ik onderdeel van een jury. En dat blijft toch altijd een lastige taak. Want ga je voor de mooiste, of let je op leeftijd? Aangezien er maar 1 prijs was besloten we voor de mooiste te gaan.

De kunstenares die de prijs eigenlijk zou uitreiken was verhinderd. Dus mocht ik ook hier nog een rol in vervullen. En daarmee behaalde ik ook nog het plaatselijke sufferdje de plaatselijke krant.

Klik hier voor het fotoalbum van deze leuke culturele zaterdag!!!!

Kinderloosheid een tabboe?

Toen ik een kind was hadden mijn ouders een vrienden stel, Pim en Marijke. Marijke wilde geen kinderen en ik weet nog dat mij die bewustwording een ongemakkelijk gevoel bezorgde, alsof ze mij daardoor niet leuk zou vinden. Hoewel ze volgens mij wel altijd vriendelijk voor mij en mijn zusjes was.

Ik nam me toen dus voor om wel kinderen te willen. Alsof je opslag een leuker mens zou worden als je een kinderwens zou hebben. Het idee dat ik moeder wilde worden en het liefst een beetje jong was vrij hardnekkig. Op mijn 25e serieus gaan nadenken over kinderen leek mij een zeer goed idee. Toen ik op mijn 21e een serieuze relatie kreeg waren kinderen dan ook vanaf dag 1 zo ongeveer een discussiepunt. Want hoe zouden we dat aan gaan pakken? Een bekende donor? Een onbekende donor? Moet die donor dan wel of geen vaderrol gaan spelen? We kwamen er niet uit. Want ik wilde graag een bekende donor die ook een vaderrol vervulde, ik vond dat mijn kinderen het recht hadden om te weten waar hun DNA vandaan komt. En ik had liever geen kinderen dan dat ik de egoïstische keuze zou maken voor een anonieme donor. Mijn vriendin dacht daar anders over. Bovendien hadden we ook een ander idee over wat een bekende donor dan precies inhield. Ik dacht aan een van mijn vrienden. Zij dacht aan een van haar mannelijke familieleden. Zo’n dubbele rol leek mij voor mezelf al veel te verwarrend, laat staan voor een kind. Ik ben je oom, maar ook je vader. Ja, natuurlijk!

Daarnaast had het ons vanaf het begin niet meer dan logisch geleken dat ik zou het kind zou gaan “dragen”. Ik was jonger, vrouwelijker en bovendien was mijn kinderwens groter. Niet meer dan logisch. Maar ineens besloot mevrouw dat zij de draagmoeder wilde zijn. Niet omdat ze nu zo graag een kind wilde dragen, maar omdat ze zich niet voor kon stellen dat ik daartoe in staat zou zijn, en bovendien was het wel een goed excuus om nog langer lekker thuis te kunnen zitten.

Vlak voor ik 25 werd ging het niet zo goed in onze relatie. Ik denk dat het idee van die dreigende kinderwens haar te veel werd. Althans, op mijn 25e verjaardag gaf ze me te kennen dat ik misschien mijn geluk maar beter elders kon zoeken. Want ze wilde ze niet meer, die kinderen. Natuurlijk had ik dat wel aangevoeld. En ook dat als het niet nu zou gaan gebeuren het waarschijnlijk nooit meer zou gaan gebeuren. Dus maakte het voor mij niet zoveel uit of ik nu met of zonder haar die kinderen niet zou krijgen. Maar zij had het idee dat ze mijn geluk in de weg stond. Dat ik moeder moest worden. Waarom ze precies mijn verjaardagsetentje uit koos om die boodschap over te brengen is me nog steeds een raadsel.

Hoe dan ook, die kinderwens verdween. Ik wilde niet nog eens iemand zo dichtbij laten komen. Ik wilde me niet meer zo op laten sluiten in een contact. Ik had vrijheid nodig en realiseerde me dat ik met een kind alleen maar meer opgesloten zou zijn dan ik nu al was geweest. Nooit heb ik er spijt van gehad. Nooit heb ik gedacht had ik nu toch maar…..

Ook toen mijn zusje beviel van mijn nichtje had ik geen gevoel van, was ik dat maar. Of toen mijn andere zusje zwanger werd. Of als ik een dagje met mijn nichtje doorbreng. Ik vind het heerlijk hoor, begrijp me niet verkeerd. Dat kleine meisje dat mij zo vol vertrouwen aankijkt, denkt dat ik weet hoe heel de wereld werkt. Maar die me ook weer echt laat kijken naar de dingen. Want dat kunstwerk? Waar is dat nu precies van gemaakt? Het voelt niet als hout, maar het klinkt wel als hout. Ik ben gek op haar, kan niet in woorden omschrijven hoeveel ik van haar hou. Maar ze zorgt er niet voor dat ik ook perse moet.

Oke, een keer, toen ik een soort van iets had met iemand die zelf twijfelde of hij nu wel of niet vader wilde worden, en de tijd qua leeftijd voor zijn gevoel voor hem begon te dringen, toen heb ik me afgevraagd hoe het zou zijn. Een kindje. Maar eigenlijk kon ik me er niet zoveel bij voorstellen.

Mijn vrienden en vriendinnen zijn over het algemeen ook in meedere of mindere mate bewust kinderloos. Als gay m/v zit het nu eenmaal wat ingewikkelder in elkaar om een kindje te krijgen. Het gaat niet vanzelf. Ik had dus eigenlijk helemaal niet door dat het een taboeonderwerp is. In een meer heteronormatieve omgeving dan. Totdat ik op Twitter iemand leerde kennen die alleen maar blogt over haar twijfels over het moederschap. En wat dat met haar, haar partner en haar omgeving doet. Het bleek voor haar een groot taboeonderwerp te zijn.

Even voelde ik me bevoorrecht. Dat ik alleen op mijn werk en bij 1 vriendin constant de vraag krijg of ik niet ook eens aan de beurt ben. En oke, mijn partner van het moment denkt ook dat ik mijn tijd verdoe, door kinderloos bij hem te blijven. Hij vind dat ik mijn vleugels moet uitslaan en moeder moet worden van een schattig kindje waar ik dan een hele leuke moeder voor zou zijn. En ik weet dat ik inderdaad een leuke moeder zou zijn. Maar moet ik alleen om die reden een kind nemen?

“Mam, waarom ben ik eigenlijk geboren?”. “Nou lieverd, zodat ik een leuke moeder kan zijn”. Dat spoort toch niet?

Ik sluit niet uit dat ik ooit weer wel het gevoel krijg van nu moet het, het is nu of nooit. Ik sluit niet uit dat de kinderwens ooit weer terug komt. Maar ik sluit ook niet uit dat dat niet meer gebeurd. Ik geloof dat er altijd meerdere mogelijkheden zijn om een leven te leven. Door omstandigheden heb ik gekozen voor dit leven. En dat leven bevalt me. Ik heb geen spijt van keuzes die ik al dan niet gemaakt heb. En denk dat ik inmiddels oud genoeg ben om in te kunnen schatten hoe dat in de toekomst gaat zijn. Ik denk niet dat ik ooit wel spijt ga krijgen. Daarvoor geniet ik te veel van het nu, van hoe mijn leven is. Bovendien sta ik mezelf altijd toe om van gedachten te veranderen. Daar ben ik werkelijk flexibel in. Ik denk dat dat een grotere sleutel naar geluk is dan je vastbijten in oude ideeën en idealen die dan achteraf helemaal niet zo ideaal blijken te zijn!

Opvoeden doe je samen

Opvoeden. Het is mijn werk. Want ik ben geworden wat ik nooit wilde worden. Pedagogisch medewerker kinderopvang. Vroeger was je gewoon leidster, maar dat was niet gewichtig genoeg. Dus nu zijn we pedagogisch medewerksters. Dat klinkt alsof je er verstand van hebt. Alsof je meer bent dan alleen maar lief, meer dan alleen maar oppas. Alsof je kunt opvoeden, want je hebt er een diploma voor.

De waarheid is dat het voor ons ook steeds puzzelen is. Met elkaar. Als je geluk hebt ook met ouders, of juffen. Want opvoeden, dat doe je niet alleen. “It takes a village to raise a kid”. Een zinnetje dat Hillary Clinton in 1996 gebruikte om aan te geven dat opvoeden niet alleen een zaak van ouders is. Maar van een hele maatschappij. Wij hebben allemaal een voorbeeldfunctie, iedere dag weer. Of we nu ouder zijn, juf, pedagogisch medewerker of gewoon op straat lopen. Alle indrukken die een kind opdoet zullen het vormen. En natuurlijk, hoe belangrijker de rol van een persoon in het kinderleven, hoe groter de impact. Als een wild vreemde door rood loopt, snapt het kind op een bepaalde leeftijd dat dat een stoute meneer kan zijn, die gewoon niet zo goed weet hoe het hoort. Als papa door rood loopt is dat echter een ander verhaal. Om maar met een stom voorbeeld te komen.

Maar het puzzelen zit hem niet alleen in wie verantwoordelijkheid is voor wat, die zit hem ook in de kinderen zelf. Want ieder kind is uniek en vergt een andere aanpak. Iedere leidster is bovendien ook uniek. En iedere dag is ook uniek. Iets wat je vandaag prima kunt hebben, kan morgen weleens heel anders vallen. Omdat je net gehoord hebt dat je moeder heel erg ziek is bijvoorbeeld. Omdat je met je verkeerde been uit bed bent gestapt. Of omdat je konijn is overleden.

Datzelfde kan voor het kind gelden. Het kan net ruzie gehad hebben met een vriendje of vriendinnetje, een toets niet zo goed gemaakt hebben of een rot weekend gehad hebben. Allemaal factoren die gedrag beïnvloeden. Om nog maar te zwijgen over persoonlijke normen en waarden, referentiekaders zo gezegd. Die ook weer per individu verschillen. Dat is immers wat ze zo persoonlijk maakt.

Opvoeden, ik heb er voor geleerd, ben er dagelijks heel veel mee bezig, maar als het puntje bij paaltje komt voel ik me vaak net een ouder. Ik doe maar wat, en het lijkt aan te slaan. En natuurlijk ik weet heus wel waarom ik bepaalde dingen doe zoals ik ze doe. Ik heb er heus wel over nagedacht. Maar niet constant de hele tijd. Soms dan handel je gewoon uit gewoonte, of spontaniteit.

Daarom is de VIB (video interactie begeleiding) zo leuk. Als je jezelf op film terug ziet, beeldje voor beeldje, iedere handeling analyseert, en er iemand met je mee kijkt, die daar dan weer voor heeft geleerd, dan kun je nog veel van jezelf leren. Je ziet het effect van de dingen die je bedacht had, maar ook de dingen die zo ingesleten zijn dat je ze bijna onbewust doet. Je ziet jezelf opvoeden. Word gewezen op je aandachtspunten en bevestigd in dat wat je vanzelf af lijkt te gaan. Nee, opvoeden, doe je niet alleen!

Een herfstige kindermeditatie

Op Facebook kreeg ik de aanmoediging om vooral meer met kindermeditaties te doen. Omdat mijn huiswerkopdracht voor de godinnen cursus met bomen te maken heeft. En omdat het herfst is en bomen daarin voor mijn centraal staan. Maar ook omdat herfst gewoon leuk is, hier een herfstige meditatie.

Ga maar eens lekker liggen en maak jezelf heel stil. Als je goed ligt en je helemaal stil bent doe je je ogen langzaam dicht. Stel je voor dat je een boom bent die op het mooiste plekje in het bos staat. In de lente hadden je takken mooie knoppen. In de zomer had je vol met mooie groene blaadjes  gezetten. Maar nu is het herfst en veranderen je bladeren langzaam van kleur. Kijk maar eens goed naar de kleuren van je bladeren. Zijn ze rood, oranje, geel, bruin of toch nog een beetje groen? Je bereid je voor op de winter en je hebt niet alle blaadjes meer nodig. Kijk maar eens omlaag, naar de grond. daar zie je al een hele stapel bladeren liggen. De dieren zijn je daar dankbaar voor. Hoor je dat geritsel? Het is een egeltje die jouw blaadjes als een lekker warm dekentje gebruikt. In je takken is ook genoeg leven te vinden. Voel je dat eekhoorntje dat van tak naar tak springt om zijn wintervoorraad eikeltjes te verzamelen? En wie probeert daar een gaatje in je bast te tikken? Het is de specht die een warm plekje voor de winter zoekt. Zie je nog meer dieren? In je takken? Of misschien wel tussen je wortels. Kijk maar eens goed. Misschien zie je niet alleen dieren, want in dit sprookjesbos wonen ook kleine kaboutertjes. Kun je ze horen? Luister maar eens goed naar wat ze je te vertellen hebben. Misschien praten ze wel met de elfjes die op een elfenbankje zitten te zingen en giebelen. Veilig tussen jouw takken. Terwijl je daar zo staat te luisteren en te genieten van alle levendigheid zie je hoe er langzaam nog meer blaadjes naar beneden dwarrelen. Je volgt ze een tijdje als ze worden mee genomen door de wind. Het lijkt wel alsof ze een dansje doen, speciaal voor jou. Als dank voor al je goede zorgen. Als je er aan toe bent kun je je vingers, en je tenen weer een beetje wiebelen. Doe je ogen maar weer open. Rek je maar eens lekker uit. En zeg dan tegen jezelf: IK BEN TEVREDEN, IK BEN TEVREDEN.

En dan nog even afsluiten met twee gezellige herfstige kinderliedje dat ik nog steeds graag zing.

Herfst, herfst

Herfst, herfst, wat heb je te koop
Duizend kilo bladeren op een hoop
Zakken vol met wind
Ja m’n kind
‘k Weet niet of jij dat aardig vindt

Herfst, herfst, wat heb je te koop
Paddenstoelen, honderd op een hoop
‘k Zet ze voor je neer
Heus meneer
Dat doe ik alle jaren weer

Herfst, herfst, wat heb je te koop
Dikke grijze wolken op een hoop
Alles in de stad
Gooi ik nat
Koop je van mij zo’n regenbad


Eekhoorn, Eekhoorn

Eekhoorn, eekhoorn,
met je lange staartje.
Eekhoorn, eekhoorn,
spring maar met een vaartje.
Tikke takke toome,
roetsch! In de bomen.

Oh Oh

Oh, oh.

De handlezeres, die we hadden uitgenodigd op het vrijgezellenfeest van mijn zusje, die zag ze dus wel. Die kinderen. In ieder geval eentje, maar misschien zelfs wel twee.

Hoewel ze voor de rest precies zag wat ik ook zag. (en stiekem best het een en ander herkende).
Zie ik dit zo niet zo, 1,2,3 gebeuren. Niet zoals mijn leven nu ingericht is tenminste.

En dat, zag ze dan ook weer wel.

Oh, oh, dus!

Heeft u kinderen?

Als ik met een groepje kinderen wat op de BSO aan het hangen ben, vraagt een van hen of ik zelf eigenlijk al kinderen heb.

“Oh nee”, denk ik, “daar gaan we weer, kunnen zelfs kinderen me niet met rust laten? Moeten zij mij ook een kinderwens opleggen? Waarom toch?”.

Maar in plaats daarvan zeg ik liefjes, “Nee, hoezo?”. Zij kunnen er per slot van rekening ook niets aan doen dat ze opgroeien in een hetero normatieve omgeving, waar kinderen baren na een bepaalde leeftijd een logisch gevolg is.

Het jongetje kruipt dichter tegen me aan en zegt dan: “Oh jammer, ik denk dat een kindje u best graag als moeder zou willen hebben. Want u bent altijd zo lief”.

U snapt, ik smolt. Helemaal toen de andere kinderen beaamde dat het echt een groot gemis wat voor een eventueel toekomstig kind dat het nog niet geboren is.Ook waren ze het er unaniem over eens dat het ook wel erg fijn is dat ik nu dan tenminste een lieve juf kan zijn.

Moeten

Moeten is ineens een vies woord.
Wij moeten niets, nu ja het is wel handig als je adem haalt en verder op tijd naar de wc gaat mocht je de aandrang voelen. Maar voor de rest is het leven vooral een aaneenschakeling van keuzes. Zo wil men ons laten geloven. En als we soms toch het gevoel hebben dat iets moet, dan is dat eigenlijk een logsich gevolg van eerdere keuzes.

Bull shit natuurlijk!
Ik kan het woord moeten best uit mijn woordenboek schrappen en daarvoor in de plaats willen gaan gebruiken. Maar het feit is dat als ik wil eten ik daarvoor moet werken. Of ik die arbeid nu vericht in mijn moestuin waar ik zelf mijn groenten kan verbouwen of dat ik naar mijn werk ga om geld te verdienen waarmee ik eten kan kopen maakt niet zo heel veel uit.

Ook wil ik graag slapen in een bed. Wonen in een huis. En af en toe iets leuks doen ter ontspanning. Voordat dat kan moet ik een aantal handlingen uitvoeren. Dat lijkt me niet meer dan logisch. In mijn geval komt het er opneer dat ik MOET werken om mijn salaris te KRIJGEN zodat ik aan deze basis voorwaarden kan voldoen. Ik kan dan wel zeggen dat ik wil werken zodat ik kan eten, wonen en slapen. Maar get real! Is het niet van alle tijden dat je wekzaamheden moet uitvoeren om te kunnen overleven?!?

Natuurlijk snap ik de achterligende gedachte wel. Mensen leggen zichzelf veel te veel dingen op. Ze moeten een koophuis hebben dat ze met 2 salarisen maar net kunnen betalen Minimaal  2 keer per jaar op vakantie. 2 auto’s voor de deur hebben staan, en als de kinderen de leeftijd hebben dat ze zelf kunnen rijden eigenlijk het liefst drie of vier. Kinderen krijgen en opvoeden tot een beetje leuke individuen. Een baan hebben, en daar het liefst ook nog in uitblinken. Iedere week bij je ouders op bezoek en een leuke vriendengroep hebben die je op regelmatige basis ontmoet. Onze huizen moeten blinkend schoon zijn en dan moeten we er zelf ook nog altijd representatief uitzien.

Dat is het moeten waar ik ook weinig mee kan. Het is niet realistich om dat allemaal van jezelf te vragen. We zijn geen supermensen en een dag heeft nog steeds maar 24 uur. Maar de oplossing daarvoor is realistischer naar jezelf en je mogelijkheden te kijken. Niet het schrappen van een woord!

Imitatie

Als ik op de wc zit word de deur ineens opengemaakt. Het vrolijke hoofd van mijn nichtje van 4 steekt door de deuropening.

Tante wat ben je aan het doen?
Ik zit op de WC.
Lukt het?
Ja hoor dat lukt.
Geen hulp nodig?
Nee, ik kan het zelf, ik heb geen hulp nodig.

Ze doet de deur weer dicht om hem een paar seconden later weer open te maken.
Als je me nodig hebt sta ik voor de deur, zegt ze, terwijl ze de deur voor een tweede keer dicht doet.

Dus zit ik daar te grinniken op de wc, om dat kleine meisje dat daar zomaar eventjes een geweldige imitatie zit weg te geven van mij. Want had ik vorige week niet nog zo voor haar wc deur gestaan?!? Net als ik bij haar had gedaan bleef ze geduldig wachten tot ik klaar was, ik kon maar eens begeleiding nodig hebben naar de woonkamer. Als ik klaar ben geeft ze me een hand en brengt ze me terug naar mijn plek. Letterlijk en figuurlijk!

Niet zeuren maar opvoeden

Eerst willen we dat onze kinderen overal bereikbaar zijn en geven we ze een telefoon,met onbeperkt toegang tot het internet, vervolgens zeuren we dat onze kinderen overal bereikbaar willen zijn.

Persoonlijk vind ik dat nogal krom. Ja, met een smartphone kun je altijd en overal online zijn. En ja, de verleiding is dan ook groot om dat altijd en overal te doen. Maar kunnen die kinderen er wat aan doen? Hebben wij ze ooit opgevoed met het idee dat je niet altijd en overal bereikbaar hoeft te zijn? Zelfs niet als het wel kan?

Waarom gelden regels die ooit normaal waren nu ineens niet meer? Als je bij een balie kwam en de persoon achter de balie was jou aan het helpen, terwijl ondertussen de telefoon ging, dan werd die niet opgenomen! Tenzij er toestemming aan jou werd gevraagd, en weet je wat er dan gezegd werd? Heeft u een moment? Want het was algemeen bekend dat een persoon die jij kon aanraken voor ging op een persoon die je niet kon aanraken.

Als we dat soort regels nu eens met elkaar afspreken? Gewoon die telefoon niet opnemen terwijl je gezellig met vrienden een drankje zit te doen op een terrasje. Echt menselijk contact met mensen die je aan kunt raken voorrang geven op mensen die ergens anders zijn? Als we nu eens beginnen met opvoeden in plaats van zeuren. Als we nu eens met elkaar in dialoog gaan en zelf ook het goede voorbeeld geven?!?!

En nee, ik ben echt geen heilige, ik what’s app, sms, facebook, wordfeud en telefoneer ook als ik met andere mensen ben. Maar steeds vaker merk ik hoe fijn het is om tijdens een dagje Efteling echt in de Efteling te zijn. Om op dat terrasje mijn telefoon eens niet op tafel te hebben liggen. Gewoon om echt contact voorrang te geven!

30 songs vraag 2

Minst favoriete liedje
Ik zit al een week lang heel hard na te denken over wat mijn minst favoriete liedje kan zijn. Nog steeds ben ik er niet over uit. Natuurlijk zijn er wel liedjes die ik heel irritant vind, waarvoor ik de radio uit laat, de dansvloer verlaat of bepaalde plekken liever vermijd omdat het risico dat ze daar gedraaid worden te groot is. Maar ik kan er even niet opkomen. Want ik besteed mijn aandacht liever aan wat ik wel leuk vind! Daarom deel ik dit keer een hit bij ons op de BSO. Het is een heel irritant liedje! Maar wat hebben wij een lol als we dit een middagje zingen.