Gek, maar als ik aan passie denk dan denk ik aan iets alles overheersends, iets dat je ademt, iets dat je leeft. Iets dat als een rode draad door je leven gaat en bij alles wat je doet weer naar boven komt. Ik zie beelden voor me van mensen met saaie kantoorbanen die heimelijk op de klok kijken, uren aftellend tot ze in rode jurken en schoenen met witte stippen de tango mogen dansen. Ik zie muzikanten die nauwelijks een droge boterham verdienen, maar toch door gaan met muziek maken omdat ze nu eenmaal niets anders kunnen dan musiceren. Of schrijvers opgesloten in zolderkamertjes, afgesloten van iedere vorm van sociaal leven, om daar bladzijde na bladzijde te vullen met woorden. Bij passie denk ik nooit aan meervoud. Want als iets zo alles overheersend is dan kun je er moeilijk twee of meer van hebben. Je leven kan lastig en helemaal in het teken van gitaarspelen en tegelijkertijd helemaal in het teken van breien staan. Misschien dat je het kunt combineren door uitsluitend gitaartassen te breien, maar dat lijkt me iets te veel water bij de wijn.
Ik vind een heleboel dingen leuk om te doen. Maar om nu van een passie te spreken? Ik weet het niet. Ja ik zou me geen raad weten als ik nooit meer zou mogen schrijven. Schrijven voelt soms als iets dat ik gewoon moet doen. Een roeping zou je het misschien kunnen noemen. Maar is het ook mijn passie?
Toneelspelen dan? Al vanaf kleins af aan geniet ik van de mogelijkheid even iemand anders te kunnen zijn. Jaren lang heb ik met veel plezier toneelgespeeld en als tiener waren mijn toneellessen vaak het enige lichtpuntje in mijn tienerleven. Je zou het de rode draad van mijn leven kunnen noemen. Want op de een of andere manier komt het altijd wel weer boven. Of ik geef les, of ik speel zelf een typetje. Maar is het ook mijn passie?
Kinderen dan misschien? Zolang ik me kan herinneren ben ik een kindermagneet. Op feestjes waren mijn danspartners meer dan eens rond de drie jaar. Dat ik uiteindelijk met kinderen ben gaan werken. En dat het me aan het hart gaat wat er in al die kinderlevens gebeurd is dan ook niet heel verwonderlijk. Maar is het mijn passie, alleen omdat ik er toevallig heel goed in ben? Omdat het me zo natuurlijk af gaat?
Van sprookjes kan ik echt genieten en mijn sprookjesworkshops zijn iedere keer weer een feestje om te mogen voorbereiden en organiseren. Maar wat zou dan mijn passie zijn? Die sprookjes of het organiseren?
Afgelopen jaar kreeg ik een basgitaar voor mijn verjaadag. Een te gek ding. Waar ik met veel plezier op probeer te spelen. Ik waan mezelf al helemaal een popster als ik erop speel. Maar een passie? Wederom, nee.
Kortom ik kan heel veel dingen heel gepassioneerd doen, voor een paar weken, of voor een leven lang. Maar ik heb niet genoeg focus om van een passie te kunnen spreken. Ik verzamel hobby’s, kan heel veel een beetje, maar ik ben niet toe aan een saaie kantoorbaan zodat ik op mijn klok de uren weg kan kijken om in rode jurken de tango te dansen. Liever dans ik in mijn rode jurken door het leven, doe ik nu eens dit en dan weer dat. Alleen de wind weet wat hij morgen voor mij in petto heeft.
je kunt best van ’n passie spreken ipv één passie
Tsessis, Miss, wat leg jij de lat hoog voor jezelf… In mijn ogen beschrijf je verschillende vuren, die in jou branden. Dat geen passie noemen? Kom op zeg, je weet toch zelf wel beter! Hoezo is ‘passie’ aan 1 onderwerp, 1 thema, 1 ding gebonden. Je mag best tussen passies switchen, toch? Nou dan!
Met een glimlach gelezen… er is passie en passie hé @->–